#7 De Gelukkige Leraar – Maike Douglas-Westland
Wat kun je binnen je leraarschap zélf doen om een gelukkige leraar te zijn, te worden of te blijven?
De zelfdeterminatietheorie van Decy & Ryan (autonomie, competentie en relatie) komt bijvoorbeeld in de opleiding vaak naar voren als het gaat om onderwijs richting onze leerlingen, maar weet je dat deze theorie ook op jou en je collega’s van toepassing is? Wat kun je zelf of wat kun je samen met je collega’s doen om het werk op school behapbaar te houden. Maak weloverwogen keuzes, werk aan onderlinge relaties, pak je ruimte en informeer je!
Hai, mooi dat je kijkt naar dit filmpje.
Ik ben Maike Douglas, invalleerkracht in het basisonderwijs en je kunt me kennen van mijn site jufmaike.nl en mijn boek "De gelukkige leraar" en daar wil ik het met jullie over hebben.
<Er verschijnt naast Maike een dia in het beeld met daarop een screenshot van haar website www.jufmaike.nl en de kaft van haar boek “De gelukkige leraar”.
Hierna komt een dia met de titel “Autonomie” en daaronder de termen “Competentie” en “Relatie/verbondenheid”.>
Autonomie, competentie en relatie. We horen het heel veel om ons heen. Het zijn de psychologische basisbehoeften, volgens de zelfdeterminatietheorie.
Als je hier aan werkt met je leerlingen, kun je hun intrinsieke motivatie verhogen.
Maar wist je ook dat het bij jou ook zo werkt?
Het ervaren van autonomie blijkt een van de belangrijkste kenmerken voor het ervaren van werkplezier. Het zorgt ervoor dat jij ook die gelukkige leraar wordt. Meer betrokkenheid in de school waar je werkt. Het vergroot je welzijn, het zorgt voor meer doorzettingsvermogen.
En je bent creatiever en gezonder. Hoe meer autonomie je zelf opeist, des te kleiner de kans is dat je in een burn-out terechtkomt.
Natuurlijk is er altijd het spanningsveld tussen de autonomie die je zelf kunt pakken maar ook die je krijgt van de school waar je werkt. Totale vrijheid werkt ook niet en kan volgens Deci en Ryan die de zelfdeterminatietheorie bedachten, zelfs demotiverend werken. Als er geen kaders zijn waaraan je kunt voldoen, doet iedereen maar wat. Zorg er wel voor dat je gehoord wordt, want jouw mening doet er toe. Ga dus het gesprek aan hoe je jouw onderwijs wilt verbeteren.
Een goed voorbeeld daarvan zijn de werkdrukgelden. Hiervoor moet je met je team om tafel, met werk en het geld goed te verdelen. Maar kijk ook naar de taakverdeling voor het aankomende schooljaar. Daarin heb je alle ruimte, maar zelfs ook de verplichting om mee te denken. Jullie bepalen samen de uren die ergens voor staan.
Zo werkte ik bijvoorbeeld een keer op een school, waarbij we gingen kijken naar het volgend schooljaar. Welke activiteiten we wel en welke we vooral niet meer zouden doen. Gelukkig bleef de kinderboekenweek staan. Maar we dachten na over het voorjaarsfeest, want dat bleek toch wel heel veel tijd te kosten. Dus die moest er af. Toen kwamen een aantal vergaderingen later erachter dat de commissie terugkwam met “Hey, maar dat voorjaarsfeest, hoe zullen we dat nou eens organiseren?” Dan ben ik wel degene die als eerste zegt: "Wacht even jongens, we zouden die toch helemaal niet meer doen?". Een goede relatie met je collega's en je schoolleider is wel van belang. Je moet de veiligheid voelen om je mening te laten horen.
Het is belangrijk dat jouw ideeën en initiatieven ook serieus genomen worden. Pak dus de ruimte die je hebt. Dat kan wel spannend zijn, maar laat dan van je horen in kleinere groepen zoals commissies bijvoorbeeld. Of in andere kleine groepjes met collega's.
Maar informeer je. Lees vaktijdschriften, boeken van onderwijsuitgevers, scroll af en toe even door Twitter. En sluit je dan even af voor de negativiteit, maar weet wel wat er speelt in jouw vakgebied.
Zorg dat je je mening deelt met goede argumenten. Hoe meer je dat doet, hoe serieuzer je ook genomen wordt, is mijn ervaring. Kom goed beslagen ten ijs. Dus niet klagen, maar geef wel aan waar je verbetering in wilt zien. Hoe meer je van jezelf laat horen, hoe meer je ook als gesprekspartner gezien wordt. Dat mag af en toe schuren, echt wel.
Maar en je mag het ook moeilijk vinden om zaken aan te kaarten. Maar doe het wel, want hoe vaker je 't doet, hoe makkelijker het wordt.
Neem initiatief. Probeer. Ga af en toe op je plaat. Maar durf te experimenteren als je echt denkt dat je daarmee het onderwijs dat jij geeft, beter kunt maken.
Dan heb ik ook nog even een tip voor de schoolleider. Neem die mening van je collega's dus serieus. Geef hen de ruimte om met initiatieven te komen en deze ook uit te proberen. Je mag natuurlijk kaders geven, juist graag zelfs, maar zorg hierbinnen voor voldoende ruimte voor eigen inbreng.
Bepaal met je hele team wat jullie goed onderwijs vinden voor jullie populatie. En besluit ook samen hoe je dat gaat aanpakken.
<Naast Maike verschijnt een dia met 3 boeken en de tekst “De determinatietheorie bij leerkrachten in het basisonderwijs”. De 3 boeken zin “Juf Naomi klapt uit de school – een (h)eerlijk onderwijsboek” van Naomi Smits, “En wat als we nu weer eens gewoon gingen lesgeven? – Een kwaliteitsaanpak voor scholen” van Eva Naaijkens en Martin Bootsma en “Klaskit – tools voor topleraren” van Pedro De Bruyckere.>
Als je ook verder wilt lezen over dit onderwerp, heb ik ook nog even wat tips.
In "Juf Naomi klapt uit de school" lees je over haar onderwijscarrière. Maar ook hoe zij denkt dat het onderwijs beter kan. En wat als we nu weer eens gewoon gingen lesgeven" geeft je de kaders voor die school, maar waarbinnen je dan vrij kunt bewegen.
"Klaskit" leert je methodes die werken in de klas. Maar geeft je ook tools om tot een goede schoolvisie te komen. Zo kun jij kiezen wat het beste onderwijs is voor jouw klas. Je kunt ook online zoeken naar de studie "De zelfdeterminatietheorie bij leerkrachten in het basisonderwijs". Daarin lees je waarom die autonomie voor leerkrachten zo belangrijk is.
Zorg goed voor jezelf. Dit helpt je leerlingen verder te komen. Want jij wordt een gelukkige
leraar en dan heb je ook een gelukkige klas.
Maike Douglas