Vakcollege Rijnmond: “De basis moet op orde zijn”
Vakcollege Rijnmond zet met het NP Onderwijs vooral in op de sociaal-emotionele ontwikkeling van leerlingen. Coördinator, docent en mentor Manon Janssen stelt dat de basis op orde moet zijn en pleit voor een structurele investering in het onderwijs.
In deze serie interviews gaan we met leraren en docenten in het funderend onderwijs in gesprek over de sociaal-emotionele ontwikkeling en het welbevinden van hun leerlingen. Hoe hebben zij de afgelopen periode ervaren en welke effecten heeft corona gehad? Hoe is het voor hun leerlingen om na een periode van schoolsluiting of quarantaine weer naar school te gaan en welke interventies zetten ze in?
Terug naar school
Manon Janssen, coördinator leerjaar 2, docent Engels en mentor van een klas uit leerjaar 3: “Als leerlingen in quarantaine moeten is dat nog voor ze te doen, daar zit een heldere einddatum aan. De schoolsluiting was in dat opzicht erger. Een leerling vertelde mij dat hij dit jaar in de derde klas begon met het gevoel alsof hij nog in de tweede zat.”
Op Vakcollege Rijnmond konden leerlingen tijdens de schoolsluiting voor praktijkvakken naar school komen. Ook kwetsbare leerlingen waren welkom. Maar een groot deel van de leerlingen heeft voor lange periodes thuisonderwijs gevolgd. Manon licht toe: “School is een plek voor leren, sociale interactie met je vrienden, jezelf ontwikkelen en ontplooien. Je merkt dat er qua gedrag op dit moment bij de leerlingen wel wat te winnen is. De kinderen moeten de motivatie echt uit hun tenen halen om aan schoolwerk te gaan. En docenten moeten er ook hard aan trekken om ze weer in hun leerstand te krijgen. De leerlingen hebben kortere lontjes gekregen en er ontstaan snel conflicten. We hebben eigenlijk veel geluk gehad met hoe we het geld vanuit het NP Onderwijs hebben ingezet voor ons schoolprogramma. We hebben echt ingezet op de sociaal emotionele interventies.”
Mentoraat
“Er kwam veel op de kinderen af de afgelopen periode. Sommige leerlingen kunnen niet ontsnappen aan zichzelf, het liefst zouden ze even vergeten met welke problemen of thuissituatie ze zitten. Dat zijn ook kinderen die we uiteindelijk naar de school toe hebben gehaald. We merkten dat de aanwezigheid en de inzet achteruit gingen. De eerste signalen hiervoor komen vanuit een vakdocent bij een mentor terecht. Het belang van een mentoraat is de afgelopen jaren heel duidelijk geworden.”
De NP Onderwijs-gelden kunnen niet specifiek voor het mentoraat worden ingezet, maar het steviger neerzetten van een mentoraat is een mooie bijvangst. “We hebben inmiddels twee, drie schoolsluitingen achter de rug. Dus of kinderen thuis functioneren weten zijzelf en hun ouders inmiddels wel. Een mentoraat kan daarbij helpen en biedt leerlingen en ouders een eerste aanspreekpunt, iets waar ze op kunnen terugvallen. Iedere klas heeft een mentor en ieder leerjaar heeft eigen behoeftes. Een mentor is belangrijk, iemand die signaleert en bijvoorbeeld ook de lijntjes weet te vinden naar een onderwijsondersteuningsteam of de onderwijsondersteuningscoördinator.”
Groepsvorming
“Op dit moment doen we veel op het gebied van groepsvorming. We zijn begonnen met kennismakingsactiviteiten voor alle leerjaren, ook al hebben ze al een jaar met elkaar in de klas gezeten. We starten het groepsproces opnieuw. Tijdens mentorklassen besteden we extra tijd aan het groepsproces en waar mogelijk gaan we weer op kamp.”
Behalve op groepsvorming focust Vakcollege Rijnmond ook op zorg. “Ons onderwijsondersteuningsteam is heel blij dat we een schoolpsycholoog hebben kunnen aannemen. Zij heeft een vliegende start gekregen op onze school, heel fijn dat die ruimte er is door dit programma. Gezien de huidige wachtlijsten in de jeugdzorg zijn wij erg blij dat we acute hulp kunnen verlenen, wanneer dat nodig is.” Manon hoopt deze extra inzet van personeel ook na afloop van het NP Onderwijs te kunnen behouden.
Basis op orde
Alle leerlingen hebben steun aan de interventies die ze inzetten op Vakcollege Rijnmond, maar volgens Manon is er wel een groot verschil tussen leerlingen. Bijvoorbeeld in executieve functies. “Of het nou extra bijles is of huiswerkklas, we bieden extra ondersteuning op die vlakken voor iedereen. En de behoefte is er: sommige leerlingen vragen er zelf om, uit eigen motivatie. Even een eigen, rustige plek, waar ze begeleid worden in het maken van huiswerk en ‘hoe leer ik leren’. Ook als het gaat om dyslexie. We zitten in Katwijk aan Zee in de buurt van een AZC. Daarvan krijgen we regelmatig leerlingen op school. Je kan je voorstellen dat de taalvaardigheid tijdens lockdown in zo’n AZC achteruit holt, omdat ze zich in mindere mate in een Nederlandstalige omgeving bevinden. Voor die leerlingen wordt bijvoorbeeld specifiek ingezet op NT2-lessen.”
Al met al merkt Manon dat haar leerlingen profijt hebben van de extra ureninzet dankzij de NP Onderwijs-middelen, zowel cognitief als sociaal-emotioneel. “Vooral dat laatste vind ik belangrijk. Als een kind niet in staat is om te leren omdat hij of zij niet lekker in zijn vel zit, dan gebeurt het gewoon niet. De basis moet op orde zijn.”
Personeelstekorten
Het vullen van vacatures is de afgelopen periode erg lastig gebleken. “Collega’s gaan met zwangerschapsverlof of wisselen van functie omdat het toch niet past. Het is soms nijpend. We zijn aangesloten bij een regionaal samenwerkingsverband om hier acties op te ondernemen.” Bij interventies als bijles en huiswerkklassen is de uitvoering grotendeels intern op te vangen, en er is een goede samenwerking tussen de school en de gemeente, bijvoorbeeld met wijkagenten en jongerenwerk. De school biedt extra examentraining aan door externen, maar dat gebeurde ook al vóór het NP Onderwijs.
NP Onderwijs op agenda MR
Het NP Onderwijs staat elke maand op de agenda van de MR. Tijdens deze bijeenkomst kijkt de school of doelen zijn behaald. Het NPO-plan is dan ook een ‘levend document’. Manon: “Het is een mooi raamwerk om mee te werken. Het was veel werk om het NPO-plan op te tuigen, maar nu loopt het wel. Interventies die we inzetten proberen we ook duurzaam te maken door ze te koppelen aan thema’s die onze leerlingen én docenten verder helpen. Een voorbeeld van zo’n thema is praktijkervaring voor leerlingen. Onze tweedeklasleerlingen die de vakroute Mens & Dienstverlenen volgen, kunnen nu een dagdeel stage lopen in ’t Klaslokaal, een winkel/lunchroom in het centrum van Katwijk. Ze doen hier waardevolle praktijkervaring op die ze meenemen in de bovenbouw en het mbo. Hier worden overigens ook producten verkocht, onder andere gemaakt door de leerlingen van Vakcollege Rijnmond zelf.
“Het zou zo mooi zijn als dit een structurele investering gaat worden. Als je ziet wat je met het geld kunt doen, ongelofelijk. Het zou jammer zijn als dat maar voor een korte periode mogelijk is. Gelukkig is onlangs bekend geworden dat het NP Onderwijs verlengd is, dit geeft ons de tijd om de middelen goed in te zetten zodat wij onze doelen kunnen behalen.”