Veelgestelde vragen over samenwerking buiten school
Scholen mogen expertise en ondersteuning inhuren om te helpen bij het inhalen van opgelopen coronavertragingen. Ook de kinderopvang kan behoren tot de in te schakelen organisaties.
Zo mogen scholen een bso inhuren om een specifieke interventie uit de menukaart uit te voeren. Deze interventie moet wel vallen binnen de opdracht van het onderwijs, en gericht zijn op bijvoorbeeld de sociaal-emotionele, motorische of creatieve ontwikkeling van kinderen. Het mag niet gaan om aanbod dat de bso uitvoert vanuit de Wet op de kinderopvang. Scholen mogen onderwijsmiddelen namelijk uitsluitend besteden aan onderwijs, en dus niet aan kinderopvang.
Het advies is dan ook om strikt onderscheid te maken tussen reguliere kinderopvang en de inzet van kinderopvangorganisaties bij activiteiten voor het NP Onderwijs.
Lees meer over inhuur van pedagogisch medewerkers uit de bso.
Een goede samenwerking tussen kinderopvang en onderwijs is waardevol, ook binnen het NP Onderwijs.
Een goede samenwerking helpt bij het realiseren van een doorgaande leer- en ontwikkellijn voor kinderen en draagt er daarmee aan bij dat kinderen op een passende manier worden gestimuleerd in hun ontwikkeling en het inlopen van hun leervertraging. Daarbij heeft de kinderopvang veel (pedagogische) expertise en kennis beschikbaar op bijvoorbeeld het gebied van de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen, ouderbetrokkenheid, en het organiseren van buitenschoolse activiteiten. Hier kunnen scholen goed gebruik van maken.
Dit kan bijvoorbeeld door de buitenschoolse opvang te betrekken bij het opzetten van zomerscholen of naschoolse activiteiten. Of door extra te investeren in een goede samenwerking en doorlopende leerlijnen tussen de kinderdagopvang en de basisschool, bijvoorbeeld rond de overdracht vanuit de kinderopvang zodra een kind naar school gaat, of overdracht en samenwerking tussen school en buitenschoolse opvang.
Ook kunnen pedagogisch medewerkers ondersteunende taken op school uitvoeren, zodat leraren zich beter kunnen focussen op het inlopen van de leervertraging van kinderen. Lees meer over inhuur van pedagogisch medewerkers uit de bso. Voorbeelden van samenwerking binnen een IKC vindt u bij PACT voor Kindcentra en de Vereniging Netwerk Kindcentra.
Houd bij de samenwerking met en inzet van de kinderopvang rekening met de geldende wet- en regelgeving. Zo mag u onderwijsmiddelen uitsluitend besteden aan onderwijs en dus niet aan kinderopvang.
Scholen en lerarenopleidingen bundelen binnen partnerschappen Samen Opleiden & Professionaliseren hun krachten in opleidingsscholen. Het doel is om met een gezamenlijke verantwoordelijkheid studenten beter en meer in de praktijk op te leiden.
Zo’n partnerschap biedt u als school ruimte om samen met de lerarenopleiding te bekijken hoe studenten binnen of buiten hun opleidingsprogramma kunnen bijdragen aan de uitvoering van het schoolprogramma. Dat zou kunnen in de klas, maar ook daarbuiten in bijvoorbeeld een onderzoeksopdracht. Daarbij moet er aandacht zijn en blijven voor de begeleiding en het leerproces van de student.
Maakt uw school nog geen deel uit van een opleidingsschool? Dan kunt u in gesprek met een lerarenopleiding om te zien of daar kennis aanwezig is die u nodig hebt voor de uitvoering van uw schoolprogramma. Over de mogelijkheden voor aansluiting bij of vorming van een partnerschap kunt u contact opnemen met het Platform Samen Opleiden & Professionaliseren.
Samenwerking tussen gemeenten en scholen binnen het NP Onderwijs is belangrijk. Gemeenten kunnen aanvullende interventies doen voor leerlingen en een centrale rol innemen bij het bevorderen van samenwerken of het bieden van ondersteuning op scholen. Het is goed hierbij te benoemen dat scholen hun middelen mogen gebruiken voor bijvoorbeeld inzet van schoolmaatschappelijk werk of jeugdartsen.
Informatievoorziening
Schoolbesturen moeten u informeren over de problemen, achterstanden en behoeften op hun school. U kunt deze informatie bundelen voor een gemeentelijk beeld en om te bepalen wat de gemeente aanvullend nog kan betekenen. Scholen die u niet informeren over hun behoefte kunt u zelf actief benaderen.
Aanvullende maatregelen
Op basis van de informatievoorziening wordt verwacht dat de gemeente voor de zomer bepaalt welke aanvullende interventies aangeboden kunnen worden. Gemeenten kunnen hierbij putten uit het aanbod voor scholen, maar kunnen ook investeren in maatregelen die beter op het niveau van de gemeenten kunnen worden georganiseerd. Het gaat dan om terreinen waar de gemeente nu al een verantwoordelijkheid heeft: de bestrijding van onderwijsachterstanden, de voorschoolse educatie of de jeugdhulp bijvoorbeeld.
Samenwerking en ondersteuning
Gemeenten zijn aangewezen partij om samenwerking tussen schoolbesturen, kinderopvangorganisaties en andere lokale partijen vorm te geven, bijvoorbeeld via de Lokale Educatieve Agenda. Daarnaast kunnen gemeenten een rol spelen om te zorgen dat het NP Onderwijs ook leerplichtige kinderen bereikt die niet staan ingeschreven bij een school. De gemeente kan hierbij bijvoorbeeld helpen de kinderen en jongeren te verbinden met school door deelname van deze groep aan activiteiten van de gemeente of school of samenwerking tussen onderwijs en zorg te bevorderen.
Scholen hebben de ruimte om gezamenlijk tot aanbod te komen via het samenwerkingsverband. De regie ligt bij scholen, dus als die besluiten om (deel)plannen op niveau van het samenwerkingsverband uit te werken, kan dat. Verantwoording wordt gevraagd op schoolbestuursniveau. Zie ook ‘Wat is de rol van de MR en de GMR?’
Het ministerie van OCW heeft de gemeenten opgeroepen om bij het vervullen van hun rol binnen het NP Onderwijs nauw samen te werken met de samenwerkingsverbanden. Dit gaat vooral over extra hulp voor thuiszitters en de samenwerking tussen onderwijs en jeugdhulp. Zie ook de brief aan gemeenten.
U hoeft het NP Onderwijs niet alleen te implementeren, OCW ondersteunt u hierbij. Om te beginnen vindt u op deze website alle informatie over de financiering, bestedingsdoelen en verantwoording, en gaandeweg steeds meer praktijkvoorbeelden worden gedeeld.
Via het ondersteuningstraject GOAB wordt kennis gedeeld en worden regionale bijeenkomsten voor kennisuitwisseling georganiseerd. Daarnaast werken we aan een kenniscommunity voor het NP Onderwijs, allereerst gericht op scholen, maar waarin ook gemeenten kunnen deelnemen.
Er is een online helpdesk waar u terechtkunt met vragen.
De Gelijke Kansen Alliantie breidt haar activiteiten uit ter ondersteuning van gemeenten, onder meer via de regiocoördinatoren en experts die kunnen adviseren bij het bepalen van de benodigde aanpak en de uitvoering van de maatregelen. In het NP Onderwijs zijn extra financiële middelen opgenomen voor gemeenten die hun GKA-agenda willen uitbreiden in het kader van het NP Onderwijs en voor gemeenten die voor het eerst een GKA-agenda in dat kader willen opstellen. De GKA speelt tevens een belangrijke rol in het delen van goede voorbeelden, kennis en het samenbrengen van bewezen effectieve interventies.
Bij het ondersteunen van scholen en het uitkiezen van interventies kunt u samenwerken met verschillende partijen. Denk hierbij aan voor de hand liggende partijen, zoals de GGD, jeugdzorg en kinderopvang. Met welke partijen u wilt of kunt samenwerken, is afhankelijk van de interventies die relevant zijn in uw gemeente.
U kunt schoolleiders op verschillende manieren ondersteunen. Een eerste stap kan zijn door in gesprek te gaan met schoolleiders om te vragen waar zij behoefte aan hebben. Door goed te luisteren naar scholen kunt u ze ondersteunen in bijvoorbeeld zorgondersteuning om de school heen of door meerdere partijen met elkaar te verbinden. Denk hierbij bijvoorbeeld aan kinderopvang of jeugdzorg. Daarnaast kunt u scholen ondersteunen door interventies uit te zetten die missen bij de scholen.
Gemeenten krijgen voor de schooljaren 2021-2022 en 2022-2023 geld uit het NP Onderwijs. Lees hoeveel gemeenten krijgen.